Wat is hier allemaal gebeurd?
Lisbeth: We wilden met onze dansers uitzoeken hoeveel verf we gaan gebruiken. Ik vrees echter dat we dat wat te groots opgevat hebben (lacht). De set is nogal vuil geworden.
Maarten: Vuil? Ik vind het net heel mooi.
Yuna: Het stuk heet toch WASCO! en niet VERF
Lisbeth: We gaan inderdaad samen een groot kunstwerk maken met wasco en met verf. Want je hebt eerst een onderlaag nodig, een aparte textuur. Verfspatten zijn daarvoor ideaal.
Maarten: Op dat reusachtige schilderij komen dan grote stroken papier waarop de jonge dansers met wasco gaan tekenen.
Lisbeth: We kozen de titel ook omdat wasco een tof woord is en het refereert naar “what’s going on?” in het Engels, wat kinderen uitspreken als “Wasco’ing on?”.
Werken jullie vaak met kinderen?
Lisbeth: Nee, het is de allereerste keer. Heel spannend.
Maarten: Samen met hetpaleis selecteerden we tien jonge performers tussen 6 en 12 jaar. Bij Voetvolk zijn we altijd op zoek naar nieuwe vormen van dans en samenwerkingen. Een voorstelling maken met kinderen stond nog op ons verlanglijstje. Toen de vraag van hetpaleis kwam, hebben we dan ook niet lang getwijfeld.
Hoe waren de eerste repetities?
Lisbeth: Geweldig. Ik hou van de manier waarop kinderen denken, hoe ze fantaseren, hoe ze zijn.
Maarten: We kijken nu vooral naar hoe ze bewegen. En hoe we dat wat kunnen sturen. We zien wel of het ons lukt.
Lisbeth: Als je hen gewoon wat laat doen, gebruiken ze vaak de meest fantastische moves die je als choreograaf nooit zou kunnen bedenken.
Jullie gaan tekenen én dansen. Wat hebben die twee met elkaar gemeen?
Lisbeth: Ik teken zelf heel graag en ben gefascineerd door action painters. Zij leggen een groot doek op de grond en zwieren er met hun borstels dikke klodders verf op. Vooral de beweging, de energie die op het kunstwerk komt, is daarbij belangrijk.
Maarten: Een van die schilders, Jackson Pollock, deed dat op jazzmuziek. Dus we dachten: ‘tof, dat gaan wij ook doen’. De kinderen luisteren dus naar muziek, tekenen én dansen tegelijk.
Lisbeth: Choreografie wil eigenlijk zeggen: tekenen in de ruimte. En dat gaan we nu doen.
Hoe zal de muziek klinken?
Maarten: Ik kies voor jazzmuziek die gespeeld werd tussen 1945 en 1965.
Lisbeth: Dat is ook de periode waarin action painting is ontstaan.
Maarten: De verschillende soorten jazzmuziek die toen werden gecomponeerd, zijn allemaal familie van elkaar. Dat geeft de grenzen aan waarbinnen we kunnen spelen.
Lisbeth: Anders zijn de mogelijkheden oneindig.
Maarten: Met al die stukjes jazz creëer ik een aparte wereld.
Lisbeth: Zoals een dj.
“Choreografie wil eigenlijk zeggen: tekenen in de ruimte.
En dat gaan we nu heel letterlijk doen.” – Lisbeth
Kan je er goed op dansen?
Maarten: Als we met Voetvolk bestaande muziek kiezen, is dat bijna altijd muziek die ondansbaar wordt geacht. Zo maakten we ooit een voorstelling op muziek van Bob Dylan...
Lisbeth: ... en daar kan je écht niet op dansen. Althans dat dacht men. En ook nu merken we dat onze jonge performers verrassend snel hun weg vinden in die jazzmuziek.
Maarten: Misschien komt dat wel, omdat jazz zo verschillend kan zijn.
Soms is de muziek heel wild, soms hoor je slechts een paar subtiele noten.
Lisbeth: Het zijn ook heel muzikale kids. Als de muziek start, beginnen ze meteen spontaan te bewegen. Alsof ze de noten hebben ingeslikt.
Maarten: Jazz is ook vrijheid. Die vrijheid willen we zeker binnenbrengen in de voorstelling.
Kunnen kinderen meer dan volwassenen?
Lisbeth: Ze zeggen soms dat iedereen kan tekenen, maar dat is eigenlijk niet zo. Alle kinderen kunnen wel tekenen. Spontaan, onbewust, zonder nadenken. Dat levert soms heel mooie tekeningen op.
Maarten: Tekeningen die volwassenen vaak niet meer kunnen maken.
Lisbeth: De mooiste tekeningen die ik al heb gezien, en die met een magneetje tegen mijn koelkast hangen, komen van kinderen. Soms is het iets wat ze natekenen, een poes of hun gezin, soms is het pure energie. Dan zie ik daar echt dans in.
En dat gaan jullie tonen op het podium?
Lisbeth: We willen de kinderen leren hun bewegingen héél groot te maken. Geen A4’tje waarop ze mooi binnen de lijntjes kleuren. Ze mogen met al hun zotheid spetteren op grote vellen papier.
Maarten: Kinderen komen ook altijd met iets nieuws.
Lisbeth: Dat klopt. Oudere dansers zullen sneller een mooie beweging herhalen, kinderen blijven onvoorspelbaar. Ik ben heel benieuwd. Ik heb er vertrouwen in, maar voor hetzelfde geld heb ik over drie maanden grijs haar (lacht).